Overleven na de kaalslag

Chris Reinewald, 21 juli 2011

Culturele tijdschriften overleggen tijdens Items Live

Tijdens Items Live 11, op woensdagavond 13 juli, in Pakhuis de Zwijger in Amsterdam ging het over overleven. Op initiatief van Items discussieerden redacteuren van veelal gesubsidieerde aan cultuur gerelateerde tijdschriften over hoe zij na 2013 zonder overheidssteun kunnen voortbestaan. Hoewel aangeslagen, waren de sprekers het er over eens dat je niet alle schuld op het conto van de snoeiharde cultuurstaatssecretaris Halbe Zijlstra (VVD) kunt schuiven. Sites, apps, tweets zorgen er immers al langer voor dat tijdschriften verder moeten kijken dan het papier van hun gedrukte uitingen.

De discussie werd onder leiding van moderator Chris Keulemans gevoerd door zes (hoofd)redacteuren van uiteenlopende bladen:  Dirk van Weelden, redacteur van het oorspronkelijk 19de eeuwse culturele tijdschrift De Gids, Domeniek Ruyters, hoofdredacteur en uitgever van het avant garde kunsttijdschrift Metropolis M, Jorinde Seydel, hoofdredacteur van Open, het door de SKOR geïnitieerde blad over kunst in de openbare ruimte, Lilet Breddels, uitgever van Archis/Volume over architectuur, Robert Thiemann, hoofdredacteur van het internationale interieurmagazine Frame en Max Bruinsma hoofdredacteur en mede-uitgever van Items

Openhartig rekenden ze voor wat de verhoudingen tussen abonnees en adverteerders voor het inkomen van hun bladen betekende, en wat de economische consequenties van de bezuinigingen zullen zijn: Bruinsma vertelde dat het designblad een aderlating van 20% van zijn inkomsten wacht. Metropolis M, dat eenzelfde korting tegemoet ziet, kosten de bezuinigen in de cultuursector daarnaast een belangrijk deel van hun adverteerdersbestand. En Open dreigt door de opheffing van subsidie aan de SKOR vrijwel geheel zonder inkomsten te komen. Alleen voor De Gids gloort hoop, nu het Fonds voor de Letteren toch een beetje geld vrij maakt voor een paar bladen. Dirk van Weelden opperde dat het eerbiedwaardige blad ook minder fortuinlijke broeders als De Revisor onderdak zou kunnen verschaffen. Tegelijkertijd hield hij een gepassioneerd betoog voor de eigenheid van het soort bladen dat bij deze discussie aan tafel zat, en voor hun onvervangbare functie als podium voor debuterende auteurs en idee-ontwikkeling  op de gebieden die ze beschouwen.

Als betrokken debatleider poogde Chris Keulemans verwante bladen te verleiden tot samenwerken. Niet per sé inhoudelijk maar dan toch middels geldbesparing door het delen van kantoorruimte, koffieapparaat en boekhouder. Zag Thiemann (Frame) bijvoorbeeld mogelijkheden in Items? Ja, maar dan zou het blad duidelijker moeten maken waar het staat. De – ofschoon traditionele – mix van diverse vormgevingsdisciplines maakt Items te kamelontisch, meent hij. Als enige, zichzelf wèl bedruipende blad in het gezelschap, geeft Frame ook een architectuur- en beeldende kunstblad uit, naast franchises in andere landen zoals China. Frame zelf telt, bij een oplage van zo'n 20.000, rond 8000 abonnementen wereldwijd, wat in die context eigenlijk niet veel is. Het door de anderen beoogde of deels verwezenlijkte ideaal om in het Engels te publiceren wordt door Frame sinds het, één keer gesubsidieerde, begin in praktijk gebracht. Thieman herinnerde eraan dat internationalisering redactioneel om een andere focus vraagt dan wanneer je alleen een Nederlands publiek bedient. Bovendien concurreer je dan met internationale marktleiders als het Italiaanse Domus en Abitare die ook Nederlandse abonnees hebben. 

Frame bouwde zijn adverteerdersbestand op door deelname aan internationale designbeurzen – een forse investering in reiskosten en netwerk. De adverteerders komen uit een nichemarkt maar leveren voldoende op om weer in eigen projecten te investeren. Volume, het voormalige Archis, heeft zich losgemaakt van zijn vroegere uitgever  NAi-publishers en is sindsdien, net als Metropolis M en Items zijn eigen uitgever. De drie bladen zijn inhoudelijk gedegen maar missen de commerciële focus en finesse die hun eigen uitgeversschap eigenlijk vereist, merkte ook Lilet Breddels op. Het is gewoon niet de kernexpertise van de zittende redacteuren, die het uitgeven er min of meer noodgedwongen bij doen. Samenwerking zou een uitkomst kunnen bieden, niet alleen op het vlak van logistiek en uitgeven, maar ook als "expertise netwerk," zoals Bruinsma suggereerde.

Zijn nieuwe media en apps dan de oplossing? Seydel complimenteerde Ruyters met de actuele berichtgeving op de site van Metropolis M rond de acties tegen de cultuurbezuinigingen. Thiemann waarschuwde uit ervaring dat nieuwe media-uitingen vooralsnog weinig opbrengen en dus in eerste instantie vooral een flankerende functie vervullen. Forse investeringen zijn nodig en het duurt lang voordat die door extra inkomsten terugverdiend worden.

Dat Bruinsma Keulemans’ suggestie om met Frame te praten vrij resoluut afwees kwam pijnlijk over, maar lijkt achteraf begrijpelijk. Samenwerken tussen bladen die wat onderwerp betreft vrij dicht bij elkaar staan kan snel uitdraaien op een bloedgroepenstrijd of een improductief debat over marktbenadering. In dat verband koos Bruinsma liever voor een overeenkomstige mentaliteit, die hij eerder bij Volume zag.

Niettemin werden beide hoofdredacteuren en Items' managing editor Pao Lien Djie later op de avond in het café van Pakhuis de Zwijger gesignaleerd in een op het oog geanimeerd gesprek. Hetzelfde gold overigens voor de overige gasten. Breddels en Bruinsma wisselden kaartjes uit... Het kan dus nog alle kanten op met de samenwerking tussen de culturele tijdschriften die het bij een terugtrekkende overheid moeten hebben van de markt, waar ze als conculega's op zoek moeten naar win-win situaties.

 

fotos: Chris Reinewald

Overleg in De Zwijger: Thiemann, Djie, Bruinsma

 

Panel, vlnr: Bruinsma, Thiemann, Seydel, Breddels, Ruyters, Keulemans, Van Weelden

... reageer