Controversiële symboliek
Studio Job en MVRDV onder vuur
Vorige week kwamen twee wereldberoemde Nederlandse ontwerpstudio's onder vuur te liggen vanwege de symboliek in hun recente ontwerpen. Studio Job joeg velen op de kast vanwege zijn van de naziconcentratiekampen afgeleide symboliek. En architectenbureau MVRDV kreeg de vooral Amerikaanse media over zich heen na de presentatie van hun ontwerp The Clouds. De twee onderling verbonden wolkenkrabbers die in Seoul gebouwd zullen worden, riepen bij velen de associatie met de ontploffende Twin Towers in New York op 11 september 2001 op. Intussen blijkt dat Studio Job bereid is compromissen te sluiten en heeft MVRDV zijn excuses aangeboden. Is daarmee alle commotie een storm in een glas water?
Studio Job kreeg enige jaren geleden van het Groninger Museum de opdracht om de Job Lounge in te richten. Dit is een voor het museumpubliek niet toegankelijke ruimte die gebruikt wordt voor feesten en presentaties voor gasten en sponsors van het museum. Een van Studio Jobs voorstellen was een tafelkleed waarin een patroon van wachttorens, prikkeldraad, treinrails, rokende schoorstenen, schedels van mensen en brillen verwerkt is, een symboliek die direct refereert aan naziconcentratiekampen. Ook voor een particuliere verzamelaar van hun werk maakte Studio Job een ontwerp dat aan naziconcentratiekampen refereert, voor de toegangspoort tot zijn landgoed in Bentveld.
Toen Job Smeets en Nynke Tynagel van Studio Job op 6 december beide ontwerpen lieten zien in een uitzending van De Wereld Draait Door wekte dit de bevreemding van presentator Matthijs van Nieuwkerk, die zich afvroeg of dit niet te ver ging. De discussie hierover vonden de programmamakers zo belangrijk dat ze in de volgende uitzending werd voortgezet naar aanleiding van een tweet van NRC-redactrice Tracy Metz, maar het debat bleef hangen op de vraag of ontwerpers en kunstenaars dergelijke symboliek al of niet mogen gebruiken in hun werk. Veel wijzer werd de kijker er niet van, maar intussen werd de commotie alleen maar groter. Opvallend is dat met name in Nederland wonende, uit het buitenland afkomstige, vrouwelijke publicisten zich kwaad maakten over de ontwerpen van Studio Job. Tracy Metz vond het een goedkope PR-truc, Gabrielle Kennedy van Design.nl verweet Studio Job een gebrek aan historisch en politiek besef en Anneke Bokern schreef op haar weblog dat ze sprakeloos was door het optreden van Studio Job, wat niet als compliment was bedoeld.
Bij Studio Job lijkt men behoorlijk beduusd over de hoeveelheid aandacht die de media aan hun ontwerpen besteedde, wat vreemd is als je beseft hoe groot de uitstraling van een programma als De Wereld Draait Door is, met een baaierd van berichten, foto's en meningen op Twitter en Facebook als voorspelbaar gevolg.
Context
In een brief die Studio Job aan diverse media stuurde, legt Job Smeets uit hoe hij ertoe is gekomen om de beeldelementen uit de naziconcentratiekampen te gebruiken. Het tafelkleed voor de Job Lounge is Studio Jobs reactie op het kunstwerk Hell van de Britse kunstenaars Jake en Dinos Chapman. Dit kunstwerk, dat een paar jaar geleden verloren ging in een brand, was in 2002 te zien in het Groninger Museum. Het bestond uit negen op schaal gemaakte tableaux waarin de gruweldaden die plaatsvonden in de naziconcentratiekampen, vrij onverbloemd werden verbeeld.
Natuurlijk mag een ontwerper of een kunstenaar hierop reageren met een eigen werk, maar het maakt wel uit waar dit werk terecht komt: in het museum zelf, of in de business lounge bij het museum. In de laatste ruimte is de context van het eerdere kunstwerk veel minder aanwezig en daarmee gaat de betekenisvolle relatie verloren. Ook als het tafelkleed in het museum zelf zou hangen zou men die context ergens moeten vermelden, want veel bezoekers zullen zich niet herinneren dat de broers Chapman tien jaar geleden hun visie op de nazikampen in dezelfde ruimte tentoonstelden. Tynagel en Smeets lijken zich niet te realiseren dat niet iedereen hun associaties bij de symboliek van het tafelkleed deelt. Het zal geen kwade wil zijn, maar dat ze als kunstenaar/ontwerper geen rekening houden met het vervagen van de context van hun werk, kan, zeker in dit geval, naïef genoemd worden. Een van de, in de uitzending van DWDD, door Smeets benadrukte motieven voor het gebruik van concentratiekamp-symboliek is de angst voor een herhaling van wat zich in de jaren 'dertig en 'veertig van de vorige eeuw heeft afgespeeld. Je kunt je afvragen of je hieraan herinnerd wilt worden als je in de business lounge van een museum in een bitterbal bijt. Zeker, in een museum is meer mogelijk dan een horecagelegenheid, en in de beeldende kunst is meer mogelijk dan in de vormgeving. Het Groninger Museum ziet de lounge als mooi aangeklede horecaplek en wees het ontwerp van Studio Job af. Een tafelkleed met een veel minder beladen motief van prikkeldraad kwam ervoor in de plaats.
Dat prikkeldraad komt ook terug in diverse ontwerpen voor het recent opgeleverde Studio Job House in Bergeijk, onder andere in de stof voor kussenslopen en het hekwerk dat het huis omsluit. Daar roept de symboliek niet de associatie met de concentratiekampen op, maar krijg je de indruk dat de ontwerpers het prikkeldraad onschadelijk hebben willen maken door het sterk te vergroten. In het ontwerp voor de poort bij het landgoed van de verzamelaar in Bentveld is de concentratiekampsymboliek veel explicieter. Smeets schrijft in zijn openbare brief dat hij heeft gezocht naar een iconische poort om het fenomeen afrastering aan de orde te stellen: "In basis is een afrastering altijd 'lelijk', hoe positief je het ook benadert. [...] In ons werk zoeken wij, zonder censuur, naar het meest doeltreffende 'archetype' of 'icoon'. [...] Soms wordt het archetype vergroot en gedramatiseerd... zodat zelfs een extreem thema als 'bijna' cartoon, karikatuur of persiflage aansluit bij het handschrift."
De zoektocht naar het ultieme icoon van afrastering voerde Studio Job naar het concentratiekamp Buchenwald, waar de ontwerpers de juiste symboliek vonden. Deze redenering is te volgen. Voor het hek geldt wel dat de locatie waar het komt te staan bepaalt of je de beladen symboliek kunt gebruiken. In de openbare ruimte zijn de tolerantiegrenzen voor provocaties – artistiek of anderszins – beperkter dan op privéterrein. Volgens Smeets zou het hek op een particulier terrein komen te staan, en nauwelijks zichtbaar zijn vanaf de openbare weg. In dat geval worden alleen de bewoners van het landgoed en hun gasten geconfronteerd met het hek, dat je kunt beschouwen als een kunstwerk. Van die gasten mag je verwachten dat zij de provocatie die het hek oproept, zullen begrijpen, of tenminste direct in discussie kunnen gaan met zijn opdrachtgever.
Maar zover zal het niet komen, want op 23 december besloot Studio Job het ontwerp in te trekken, naar aanleiding van protesten van bewoners uit de omgeving van het landgoed en nadat er in nationale en internationale media veel aandacht aan was besteed. De ontwerpers schrijven in een verklaring dat ze zich nu realiseren wat de maatschappelijke impact van het gebruik van dit specifieke beeld is: "We betreuren het wanneer wij mensen hiermee gekwetst hebben, dat is nimmer de bedoeling geweest. Wel zullen we doorgaan met kunst te maken die uitnodigt tot dialoog en zullen we de controverse niet uit de weg gaan."
Mondiaal erfgoed
Ook de commotie over het ontwerp van MVRDV gaat over beladen symboliek, zij het van een andere orde. Het Rotterdamse architectenbureau heeft voor een Koreaanse projectontwikkelaar twee wolkenkrabbers gemaakt, die komen te staan op een gebied in Seoul waarvoor architect Daniel Libeskind het masterplan heeft gemaakt. De ruim tweehonderd meter hoge torens worden halverwege verbonden door een 'wolk' van gestapelde appartementen.
Het is vreemd dat ervaren architecten de associatie met de exploderende Twin Towers niet kregen tijdens het ontwerpproces, zeker in de context van een masterplan van de architect die ook het masterplan voor 'Ground Zero' ontwierp. Sterker, had MVRDV de associatie met '9/11' wel gehad, dan hadden zij deze op een positieve manier kunnen inzetten en was misschien bijval hun deel geweest in plaats van hoon en haat. Maar het bureau schrijft in zijn verklaring: "Het was noch onze bedoeling om een beeld te creëren dat op de aanvallen leek, noch zagen we de overeenkomst tijdens het ontwerpproces." De architecten zagen dus niet dat zij met The Clouds een verwijzing naar de exploderende Twin Towers aan het ontwerpen waren, maar dat verhinderde vele anderen niet om die associatie met de aanslagen van 11 september 2001 direct te leggen. Met name in de V.S. vond men dat dit niet kon en de commotie liep zo hoog op dat MVRDV zijn excuses aanbood. Dit laatste had het bureau wellicht niet hoeven doen als het wél een bewuste referentie had gemaakt. Net als de symboliek van Nazi-kampen, behoren ook de beelden van de ontploffende torens inmiddels tot het mondiale culturele erfgoed. Daarvan heeft niemand de copyrights, maar eenieder die die symbolen in de publieke ruimte gebruikt moet rekening houden met de miljoenen 'medegebruikers' ervan, en met hun, vaak diepliggende, sentimenten.
Naschrift 24 december 2011
Naar nu blijkt, wordt de poort die Studio Job ontwierp voor het landgoed van een verzamelaar in Bentveld toch gebouwd, in een minder beladen versie. In de bouwvergunningsaanvraag voor de poort is vorig jaar een op essentiële punten ander ontwerp ingediend dan de schets die Job Smeets op 6 december in DWDD liet zien. In het op 11 juni 2010 door B&W van Zandvoort goedgekeurde ontwerp ontbreken de bel met opschrift "Suum Cuique" en het prikkeldraadmotief die in combinatie met de rokende schoorstenen de associatie met de poort van naziconcentratiekamp Buchenwald opriepen. De gemeente Zandvoort is dan ook van mening dat het ontwerp gewoon volgens de aanvraag uitgevoerd mag worden, zo werd gisteren op de gemeentelijke website gemeld: "De gemeente heeft geconstateerd dat de beelden die via TV worden verspreid onjuist zijn en niet overeenkomen met het ontwerp zoals aangegeven in de verleende vergunning. De gemeente is van mening dat het kunstwerk zoals vergund, niet aanstootgevend is en niet leidt tot verstoring van de openbare orde. Het is zeker een object dat, zoals kunst wel vaker doet, voor meerdere interpretaties vatbaar is."
Storm in glas water, zou je denken, maar de vraag rijst wel waarom Studio Job niet eerder liet weten dat de soep niet zo heet gegeten zou worden. Het hele verhaal over dat "meest doeltreffende 'archetype' of 'icoon'" van afrastering, dat Job Smeets vol vuur verdedigde in de uitzending van DWDD en in zijn hierboven geciteerde brief, blijkt in de praktijk uit te komen op een veel minder belaste industriële symboliek. De combinatie van gevlochten staal en rokende schoorstenen mag beter passen bij de bedrijfsvastgoed achtergrond van de opdrachtgever, ex-Uni Invest topman Jack Bakker, maar staat ver af van het soort "lelijkheid" dat Smeets als basisgedachte achter zijn ontwerp opvoerde. Je zou de neiging krijgen Tracy Metz gelijk te geven met haar opmerking over "goedkope pr-truc." Want waarom zou je een ontwerpschets met een fundamenteel andere, en controversiëlere, symboliek dan het anderhalf jaar eerder ingeleverde en goedgekeurde ontwerp laten zien, anders dan om stennis te schoppen?
Het kan natuurlijk gaan om een eerder ontwerp, dat dichter staat bij de artistieke uitgangspunten van de maker, maar die door de opdrachtgever te radicaal voor uitvoering werd geacht en daarna is aangepast, net als is gebeurd met het ontwerp voor een tafelkleed voor de business lounge van het Groninger Museum. Dat een kunstenaar/ontwerper de discussie over zijn werk baseert op de meest onverdunde versie ervan is te begrijpen. Maar dat hij in die discussie het verschil tussen 'Dichtung' en Wahrheit' niet meeneemt, is erger dan naïef: het is misleidend. Een essentiële dynamiek van de kunst is dat tussen droom en daad wetten in de weg staan, en praktische bezwaren, zoals de dichter Elschot schreef. Het is in dat spanningsveld dat kunst en design maatschappelijke betekenis krijgen. Door in het openbare debat uitsluitend te refereren aan de meest radicale versie van zijn eigen gedachtengoed, maakt Smeets van de dialoog die hij zegt te willen aangaan een monoloog, die op gespannen voet komt te staan met de compromissen die Studio Job in de praktijk sluit. De schoorsteen moet roken, dat is begrijpelijk, maar doe daar dan niet moeilijk over en neem de dialoog tussen ontwerper en opdrachtgever, tussen kunstenaar en samenleving mee in je verhaal over hoe een autonoom-artistieke visie op de wereld vertaald wordt naar wat die wereld in de praktijk aan symboliek aankan. Dat is, zeker tegenwoordig, interessanter dan te blijven hameren op de autonomie van het kunstenaarschap, die zo tot karikatuur van zichzelf dreigt te verworden.
(Max Bruinsma)
... reageer
Wil je reageren op dit artikel? Stuur een mailtje naar de redactie.